Zonnepanelen die uitvallen: Wat kunt u zelf doen?

Tegenwoordig worden op steeds meer daken zonnepanelen geplaatst, ook in de gemeente Molenlanden. Wij vinden dat een mooie ontwikkeling, want hoe meer mensen hun eigen energie opwekken met zonnepanelen, hoe minder we een beroep hoeven doen op fossiele brandstoffen. Laat dat nou precies zijn waar de energietransitie – die wij een zeer warm hart toedragen – om draait.

Overbelasting van het energienet

Helaas is het energienet nog niet (overal) voorbereid op de grote hoeveelheid energie die op piekmomenten teruggeleverd wordt aan het net. Met als gevolg dat zonnepanelen dan kunnen uitvallen. Erg vervelend natuurlijk. En met het toenemende aantal zonnepanelen wordt dit probleem de komende tijd waarschijnlijk zeker niet kleiner.

Wat kan de eigenaar van zonnepanelen zelf doen:

  • Meld uw zonnepanelen altijd aan op energieleveren.nl voordat u deze in gebruik neemt. De regionale netbeheerder gebruikt deze informatie om proactief potentiële knelpunten op te sporen en te verhelpen.
  • Verbruik bij voorkeur zoveel mogelijk opgewekte stroom zelf. Dit kan door bijvoorbeeld de wasmachine of vaatwasser aan te zetten op het moment dat de zon schijnt. De elektriciteit gebruiken op de locatie waar het wordt opgewekt heeft een gunstig effect op de belasting van het elektriciteitsnet.
  • Sla de opgewekte elektriciteit lokaal op, doormiddel van bijvoorbeeld een thuisbatterij of een batterij van de elektrische auto. Ook opslag heeft een gunstig effect op de belasting van het elektriciteitsnet.
  • Kies bij grote aantallen zonnepanelen voor een 3 fasen omvormer. Hierdoor wordt het elektriciteitsnet gelijkmatiger belast, wat een gunstig effect heeft op het voorkomen van capaciteitsproblemen.
  • Zorgen dat tussen de omvormer en de meterkast zo weinig mogelijk spanningsverlies op treedt. Dat kan door de omvormer zo dicht mogelijk bij de meterkast te plaatsen of door de bedrading tussen de omvormer en de meterkast voldoende ‘zwaar’ te maken.

Om te bepalen of verzwaring effect zal hebben is het goed eerst op de slimme meter te kijken als de zon loodrecht op de panelen staat en de lucht blauw is en dan zien wat de spanning is op de netaansluiting. (Er zijn slimme meters die spanning meten en die kun je uitlezen door de meter te bedienen. Niet alle meters doen dat, dan is de spanning ook met een losse multimeter of energiemeter te meten) Als die spanning dan ook al rond de 250V ligt heeft het verzwaren van de kabels niet heel veel zin. Ligt die lager en slaan de panelen toch af, dan heeft het wel zin om de kabelverzwaring te onderzoeken. Daarbij kan de volgende vuistregel gebruikt worden:

Voor een enkelfase omvormer tot een vermogen van 3000 watt zou een aansluitkabel van 4 kwadraat gebruikt moeten worden en voor een enkelfase omvormer boven 3000 tot 6000 watt zou een aansluitkabel van 6 kwadraat gebruikt moeten worden. Door deze dikkere aansluitkabels verminderd de kabelweerstand waardoor minder voltage verlies ontstaat. (Ongeveer 3 of 4 volt)

Voor een drie fase omvormer kan men dezelfde formule gebruiken, maar dan alles keer drie. Dus vanaf een omvormer van ongeveer 9000 watt een dikkere kabel gebruiken.

  • In een straat met meerdere zonnepaneeleigenaren kan het helpen om na te gaan op welke van de 3 fasen de panelen zijn aangesloten. Als één van de drie fasen extra zwaar belast is kan het helpen om een aansluiting over te zetten naar een fase die minder belast is. Daarmee ontstaat een betere verdeling over de fasen en een evenwichtiger belasting van het stroomnet. U moet dan wel beschikken over een 3 fasen aansluiting om zelf deze aanpassing te kunnen uitvoeren.

Helpen bovenstaande maatregelen niet voldoende? Neem dan contact op met de klantservice van Stedin. Stedin zal de spanningsklacht onderzoeken, en indien de oorzaak bij Stedin ligt, ook verhelpen. (https://www.stedin.net/aansluiting/ik-ga-energie-opwekken