Gelukkig zijn ze er in tegenstelling tot vorige jaar, vanwege de droogte, nog niet veel. Maar na een regenbui komen de naaktslakken tevoorschijn. De naaktslakken eten alle kiemplantjes tot en met de wortel weg en weg is al je moeite. Gelukkig zijn er planten die ze niet lusten dus wat let je en zet je tuin er vol mee!
Planten waar geen slak van eet
Planten die slakken níet lusten, maar waar wel vlinders en andere insecten op afkomen, zou dat niet prettig zijn? De insecten zijn weer voedsel voor vogels en egels, die dan met liefde een paar slakken verorberen. Gelukkig, massa’s planten hebben zo hun eigen verweer tegen slakken, hieronder 10 mooie planten. Ze zijn te koop bij de vogelstichting maar ook bij de tuincentra in onze omgeving. Kies bewust kies biologisch!
- Bosanemoon
- Akelei
- Rozemarijn
- Duizendblad
- Teunisbloem
- Moerasandoorn
- Oostindische kers
- Kaardenbol
- Wilde Bertram
- Hemelsleutel/sedum
Bosanemoon
Een oer Hollandse voorjaarsbloeier die zich elk jaar wat uitbreid. De plan bloeit met witte bloemen. Zet de plant tussen bijv wat heesters die mooi in de herfst zijn want dan is de bos anemoon afgestorven.
Akelei
Met de mooie klokjes die variëren van zwartpaars tot rozewit is de akelei een verrassende en romantische tuinplant, die ook nog zo’n beetje alle omstandigheden verdraagt, inclusief slakkeninvasie. Akelei zaait zichzelf uit, dus staat niet jaarlijks op dezelfde plek maar zwerft door de tuin. Wil je ze wel op de zelfde plaats houden dan moet je het rijpe zaad zelf terplekke uitstrooien dan is de kans groot dat je op dezelfde plek weer akeleien krijgt. Je kunt de akelei heel gemakkelijk dus zelf zaaien ter plekke, die bloeit dan het jaar erop. Maar je kunt ook in het voorjaar een plant in bloei kopen.
Rozemarijn
Je kent rozemarijn misschien als een klein plantje, dat wordt verkocht als keukenkruid. Zet je wilde rozemarijn (Rosmarinus officinalis) echter in de volle grond, dan kan het wel een struik van een meter hoog worden, bedekt met lichtpaarse bloemetjes. Je waant jezelf in Italië met zo’n pronkstuk.. De plant staat graag zonnig en niet nat.
Duizendblad
De inheemse variant van duizendblad (Achillea millefolium), geeft witte schermbloemen van juni tot oktober. Het zijn vaste planten van zo’n 50 cm hoog, die zichzelf onder andere ondergronds met wortelstokken vermeerderen. Ze kunnen best wat droogte hebben. Ze groeien ook vaak in bermen, zodat je vrij gemakkelijk vóór de bloei een stekje kunt nemen. Let wel: vertrap geen andere planten en neem alleen een stekje als er veel planten bij elkaar staan. Leuk extraatje: het jonge blad is eetbaar in sla. In de tuincentra staan ook veel Achillea soorten die gekleurde bloemen hebben. Ook mooi maar minder sterk soms zijn die planten ineens weg na een paar jaar.
Teunisbloem
De bloemen van de teunisbloem openen zich bij schemer en geuren heerlijk in de avond. Ze worden anderhalve meter hoog en staan graag op een zonnige, droge plaats. Er zijn verschillende inheemse soorten (zoals Oenothera biennis) en nu steeds meer gemeenten er een ecologisch maaibeleid op nahouden, komen ze als vanzelf op langs wegen en paden. Vraag de kweker in jouw buurt om zo’n inheemse variant. De teunisbloemen zijn eetbaar voor ons en bijen, (nacht)vlinders en zweefvliegen zijn blij met de nectar. Zaadetende vogels, zoals sijsjes, eten in herfst en winter de zaden. Zaadeters, zoals sijsjes, houden van de zaden van de teunisbloem.
Moerasandoorn
Niet veel mensen kennen moerasandoorn, maar de plant geeft mooie bloemen, die wel wat weghebben van een kleine orchidee. Het is een vaste, inheemse plant die veel vlinders en bijen trekt. Zoals de naam doet vermoeden, staat hij graag een beetje vochtig, in halfschaduw. De plant bloeit van juni tot september met paarse bloemen die zo’n 70-80 cm hoog worden.
Oost-Indische kers
De eenjarige Oost-Indische kers is een smakelijk hapje voor ons mensen maar ook voor veel insekten. Alles is eetbaar. De gele en oranje bloemen maar ook de bladeren kun je eten, dat fleurt een bordje salade op. Ze zijn zo pittig als radijs en daarom houden de slakken er niet van. De zaaddozen kun je gebruiken als kappertjes. De planten kun je over de grond laten lopen of tegen een schutting aan.
Kaardenbol
Geen plant als de kaardenbol: magnifiek in grote of kleine tuin met een lengte van twee meter en grote paarse stekelige bloemen die vele insecten trekken. Laat de uitgebloeide bloemen vooral staan, want veel vogels – zoals putters – komen in de winter de zaden eruit pikken. Daarnaast staan ze sprookjesachtig met rijp of sneeuw erop. Tenslotte als de lente aanbreekt, knip je die lange stengels bij de grond af en pronken ze als droogbloemen in je huis. Grote kaardenbol kopen? Wil je de putter in je tuin, plant dan een grote kaardenbol: Succes verzekerd.
Wilde bertram
Mooi, inheems, goed voor bijen en vlinders en vies voor slakken: de Wilde Bertram mag eigenlijk in geen tuin ontbreken. Ze bloeien wit en van juli tot september, doen het goed in zon en halfschaduw, staan niet graag droog en zijn goed winterhard.
Hemelsleutel/Sedum
Hemelsleutel is een vaste, inheemse plant die weinig verzorging nodig heeft. Ze bloeien in het najaar – augustus, september – met oudroze bloemen die zo’n 40-50 cm hoog worden. Omdat het late bloeiers zijn trekken ze dan nog enorm veel (distel)vlinders, echt een herfstcadeautje.
Tot slot gebruik geen gif tegen slakken. Ook geen zogenaamde natuurlijke slakken dodende middelen. Het dood de slakken maar helaas ook veel andere insecten vogels en andere tuinbewoners.
Bron; vogelbescherming